Tot in de late 14e eeuw, zijn er twee parochiekerken in La Ferte: Condetz en Saint-Nicolas.
Saint-Denis was eerst een kleine kapel achtereenvolgens vergroot.
De kerk werd gebouwd Condetz tussen de 9de en 10de eeuw, ter vervanging van de kapel van St. Martin. Het werd gebouwd door de monniken van Reuil dat sinds de tijd van hun stichting, keek naar de godsdienstige belangen van het volk. Het is gelegen op 500 tot 600 meter van de Saint-Martin, in de buurt van de Marne.
De kerk van Saint-Étienne Condetz, gelegen aan de andere kant van de rivier, was excentriek naar het kasteel. De viering van de kantoren zijn gevestigd in vaak aangetast.
In het begin van de 15e eeuw, een beweging van de bevolking, grotendeels te wijten aan de verschillende invasies en de oorlog tegen het Engels, reed mensen om hulp en bescherming binnen de vesting te zoeken. De mensen koos als "kapel rescue" het Belfort (of wachttoren). Het werd geleidelijk uitgebreid ten koste van de parochianen. Het is een beetje later dan de laatste gebouwd baaien omvat de toren. De kerk van Saint-Denis werd gebouwd tussen 1620 en 1625.
Volgens het tijdschrift van de Vader Duchene, ondanks de slechte staat, de kerk van Saint-Étienne was nog steeds parochie functie tot 1637. Het gebruik ervan is minder frequent, ze afgestapt van het idee van de reparatie en schade werd onherstelbaar.
In 1750, tijdens een bijeenkomst van de stad en de parochie, die werd gehouden in het stadhuis, werd besloten dat de materialen van het slopen van Saint-Étienne de restauratie van Saint-Denis te dienen. Volgens de oudste kerk bulletins, in 1580, had de kerk van Saint-Denis al twee keer de naam Saint-Étienne Saint-Denis. Tegelijkertijd dienen beide kerken tot 1624. De vorm van de toren van de huidige kerk dateert uit de wederopbouw in 1750, had het een beiaard. Het orgel werd voltooid 29 oktober 1628, maarschalk de la Force, heer van de stad in die tijd, kwam tot de eerste pijp te horen.
