Beklimming van de Baou des Blancs

Vertrek van de wandeling bij het VVV kantoor van Vence.

• Van het VVV kantoor, avenue Isnard helemaal uitlopen tot avenue des Poilus. Hier komt u bij een kruising; ga rechtsaf, en de brug over. Als u de brug over bent links af. Na ongeveer 100m rechtsaf chemin Saint Martin nemen. Na een beklimming van ongeveer 200 m komt u op chemin du Riou. Rechtdoor komt u op de weg naar Col de Vence. Deze weg gaat met een paar slingers naar boven, met een mooi uitzicht op Vence en omgeving. Links kunnen we de ruïnes zien van de Templiers abdij, gelegen op het landgoed van Saint-Martin. Deze ruïnes dateren uit eind 12de eeuw. Ter herinnering, de orde van de tempeliers werd in 1312 door de paus opgeheven, na tussenkomst van de koning van Frankrijk, Filips IV "de Schone". De weg verdwijnt vervolgens in het dal van Lubiane, door een gebied met steengroeves. Een weggetje gaat rechts voor de steengroeve steil naar boven, vlakbij een gedenkplaat ter ere van de slachtoffers van nazi-mijnen. Dit zware weggetje nemen we niet, en we vervolgen onze weg door de steengroeve, na de laatste woning waar een gemakkelijker weggetje met parkeergelegenheid te vinden is. Dit weggetje gaat rechtsaf tegenover een oude steengroeve aan de linkerkant van de weg, de schapenstal achterlangs, en komt uit op "chemin de l'EDF".
• Op de top van de Baou wordt u beloond met een bijzonder panorama:

• Naar het oosten, aan de andere kant van de Var vallei, ligt het dorpje Aspremont ingeklemd tussen Mont Cima (880 m) en Mont Chauve (854 m). Tegenover u, heersen de heuvels waar de beroemde Bellet wijnen gemaakt worden over de Var. Achter u, de Mont Agel (1150 m) die ten zuiden van de Turbie boven Monte-Carlo en Tête de Chien (556 m) uitsteekt, met daar achter de laatste voorgebergte van de Alpen. Cap Ferrat die uit de middellandse zee steekt, en vlakbij Mont Boron (178 m) de haveningang voor aangeeft voor Nice - het vliegveld van Nice – In het zuiden, de hele kuststreek van Cagnes-sur-Mer tot Cap d'Antibes en nog verder, de eilanden van Iles de Lérins.
• Wat dichterbij heerst het dorp Saint-Paul op zijn rotspunt, de wouden die de Colle-sur-Loup omringen, en wat verder het bos van Valbonne. Super-Cannes aan de ene kant, het Esterel gebergte aan de andere kant met de grillige toppen waaronder de Pic herkenbaar aan zijn TV mast, die de baai van Cannes en de golf van La Napoule omringen. In het westen, aan de andere kant van de Malvan vallei, de top van de Malvan (1023 m), Puy de Tourrettes aan de rechterkant (1267m) en Pic de Courmettes aan de linkerkant (1248m).
• Aan de andere kant van de vallei du Loup, Haut Montet (1335 m) heersend over de rotsvlakte van Caussols, met op de achtergrond de berg van Thiey (1552 m) en de berg van Audibergue (1642 m). In het noorden de bergketen van Cheiron met als hoogste punt 1777 m, waar de toppen en skiliften van het skioord Gréolières les Neiges zichtbaar zijn. Tot slot wordt de vallei de la Cagne ingesloten door Baou des Noirs (680 m) en Baou de Saint-Jeannet (800 m), die verwisseld zou kunnen worden met Baou de la Gaude, met dezelfde hoogte.

• De terugweg naar Vence gaat via dezelfde route.