De eerste sporen van bewoning uit de Neolithische periode (rond 3000 voor Christus). De eerste bewoners leefden in tenten in canvas of huiden op houten kozijnen en al het beoefenen van de veehouderij.
De aanwezigheid van meer dan 500 vuurstenen werktuigen en schilfers van 6 vierkante meter van de post gaten, vastklemmen stenen en aardewerk gevonden tijdens opgravingen getuigen van hun aanwezigheid.
Aan het einde van de vierde eeuw voor Christus, de Galliërs, de Volscians Arécomiques, zal een echte ommuurde stad te creëren. Ze was omgeven door machtige muren en torens, die nog steeds te zien gedeeltelijk. De oppervlakte was 5,6 hectare.
