De vleespastei van Chartres (pâté de Chartres), beroemd sinds de 18de eeuw, is een pastei in korst, vooral gemaakt van wildvlees. Hij dankt zijn bekendheid aan een ruzie in de 17de eeuw tussen twee banketbakkers, Philippe, en Lemoine, een oudleerling. Een banketbakker genaamd Voisin zet de pâté pas goed op de kaart in 1885, nadat hij voor dit topproduct uit de streek in Parijs een zilveren medaille had gewonnen. Tegenwoordig staat de vleespastei van Chartes op menu bij de beste restaurants.
Oorspronkelijk werd vlees van de morinelplevier gebruikt, maar tegenwoordig gaat de voorkeur uit naar patrijs en fazant. Aan dit wild wordt meestal foie gras, truffels, cognac en kruiden toegevoegd, en vervolgens in de oven gebakken.
Een genootschap voor de Echte Vleespastei van Chartres (confrérie de l'Authentique pâté de Chartres) houdt ieder jaar in oktober zijn officiële bijeenkomst in de stad.