De "échaudé de Carmaux" stamt uit de middeleeuwen, en zou gemaakt zijn ter gelegenheid van een bezoek van de heilige koning Lodewijk aan Albi. De échaudé was toen al een bekend koekje, maar pas voor dit evenement kreeg een bakker genaamd Jeannot het idee om er anijs aan toe te voegen.
Het betreft hier een driehoekvormig koekje, dat oorspronkelijk uit Segala komt. Wordt gemaakt van brooddeeg met anijs, dat tweemaal gekookt wordt, waarvan één in kokend water (vandaar de naam "échaudé", de gebroeide) en daarna gebakken. Meestal wordt de échaudé de Carmaux bij de borrel of het nagerecht gegeten. Volgens traditie wordt deze dan de hele nacht in droge witte Gaillac wijn met suiker gelaten...
In Carmaux zorgt een genootschap voor de promotie van dit in de streek zo populaire koekje.