Deze waterval is 100 m boven de vallei. Het water valt of glijdt in plaats van een rots 10 m in een bak die verbreed te springen van rots tot rots tot op de bodem van de helling.
Alsof de natuur had willen versieren deze plaats door de rijke glans van de mooiste bloemen in de spleten van de rotsen groeien de sik Spirea, waarvan de bloemen zijn mooi witte pluimen, de monnikskap met zijn blauwhelmen donker, de gele monnikskap doodt vliegen, de roze Cacalie behaarde bladeren met brede paraplu. De eenzaamheid van de plaats, de kegel van groene bomen, het geluid van brullende water en tenslotte de wilde schoonheid van de site, dragen de ziel om bezinning, en men voelt hoe klein de mens is in de voorkant van maten sublieme natuur.